Reis naar Mali 21 oktober t/m 2 november 2012
Op 21 oktober vervolgen we onze reis naar Mali. Plotseling zien we in de verte een grote glinsterende vlek op de
weg. De weg is overstroomd en onzichtbaar. We stoppen voor het ”meer” voor onze ogen want we weten niet hoe
diep het is. We besluiten te wachten tot er een andere vrachtauto doorheen
rijdt, dan kunnen we zien hoe diep het water is en waar de weg precies loopt.
Even later komt er een vrachtwagen aan en we zien dat bij deze wagen het
water tot aan de bumper komt. Een
vriendelijke Mauretanier gebaart ons dat wij achter hem aan moeten komen.
Hij loopt door het water en wijst aan hoe wij er doorheen moeten rijden. We
geven hem een kadootje voor alle moeite die hij heeft gedaan. Bij Gogui steken we de grens met Mali over. De Mauretaanse
grensovergang bestaat uit niet meer dan een klein hokje met een slagboom. Binnen enkele
minuten zijn we de grens over. Het record snel de grens overgaan is hierbij
verbroken. Ze zien gelukkig niet dat we een dag te laat het land
verlaten.
De Malinese grens
is een ander verhaal. Eerst zonder problemen een verzekering (Carte Brun) voor de DAF
afgesloten voor 6 maanden, die geldig is voor alle West Afrikaanse landen
(72.000 CFA).Alle grensformaliteiten lijken soepel te verlopen, tot het laatste hokje van de politie. Paspoort van Mike en het kentekenbewijs van de DAF worden ingenomen en deze moeten we ’s middags gaan ophalen in Nioro du Sahel, 65 km. verder naar het Zuiden. Het bevalt ons niet om zonder paspoort en autopapieren naar Nioro te rijden en daarom blijven we wachten bij de grensovergang. Volgens de politie is het geen enkel probleem om zonder papieren naar Nioro te rijden. Volgens ons is het in strijd met alle wetten om buitenlanders te laten rijden zonder paspoort en autopapieren. Na een paar uur te hebben gewacht bij de grens, besluiten we toch maar zonder papieren naar Nioro te rijden en we volgen een jongen op een brommer die met een tasje gevuld met paspoorten/papieren van alle buitenlanders die Mali in willen gaan op weg gaat naar Nioro. Bij het douanekantoor in Nioro halen we onze papieren op en krijgen een laissez passer voor 1 maand (15.000 CFA, = 22,50 euro). Omdat het zondag is, zijn alle douaniers nogal slecht gehumeurd en gedragen zich arrogant. Omdat Mike de bestuurder van de DAF is, mag ik bepaalde formaliteiten niet afhandelen en moet Mike naar het kantoor komen. Volgens hun zijn de papieren niet in orde. Dit is echter niet onze schuld, maar de schuld van de politie bij de grens, die de verkeerde autopapieren bij Mike zijn paspoort heeft gedaan. Omdat Mike geen Frans verstaat, moet ik er weer bij komen, maar ik heb Tosh bij me. Dan flippen de douanebeambten helemaal de pan uit en schreeuwen dat we het kantoor moeten verlaten. Ze beginnen tegen Mike aan te duwen en Mike zegt dat ze van hem af moeten blijven en gaat bijna met hun op de vuist. Dan staat de douane erop de DAF van binnen te bekijken. Dan flipt Mike en zegt tegen een hoge pief dat toeristen duidelijk niet welkom zijn in Mali en behandeld worden als honden en dat hij dat toch niet pikt van hun. De hoge pief betreedt wel de DAF maar durft geen kastje meer open te trekken en druipt beteuterd af. Als ik vervolgens de laisser passer ophaal in het kantoor van de douane vragen ze mij wat er met die Mike aan de hand is. Het begint al te schemeren als we ook nog met de laissez passer naar het centrum van Nioro moeten rijden om bij de politie nog een of ander stempel te halen. Omdat het zondag is, wil de politiebeambte dat niet doen, maar als we zeggen dat we de hele dag al bezig zijn met grensformaliteiten en dat we moe zijn, is hij toch zo vriendelijk om ( gratis) het stempel te zetten.
Het landschap in Mali verschilt erg met dat van
Mauritanië. Mali is veel groener met veel meer bomen. Ook de bevolking
verschilt sterk met die van Mauritanië. De mensen lachen en zwaaien en de
vrouwen lopen in vrolijk gekleurde jurken/doeken zonder sluiers. Ze zijn open
en nieuwsgierig en komen graag een praatje met ons maken. Verschil met Mauritanië
is ook dat je hier veel vrouwen buiten ziet.
In de schemering richting Bamako gereden en overnacht in de buurt van een rietveld. Een vrouw komt uit het
riet lopen en vraagt ons om couscous. Helaas hebben we dat niet. Later bedenken we dat wij misschien wel
uitgenodigd werden om bij haar couscous te eten.
De volgende dag zien we dat in het rietveld een dorpje verstopt zit. ’s Ochtends om half 5 staan er al mensen uit het dorpje bij
onze truck te praten en te vragen of alles goed met ons gaat. De rest van de dag
zijn we de bezienswaardigheid van het jaar. Het hele dorp komt ons bezichtigen
en sommige dorpsbewoners gaan op krukjes zitten om ons te aanschouwen.
Een jonge Malinese jonge vrouw vraagt mij mee te lopen
door het riet naar het dorpje waar ze woont. Prachtig. Een ommuurd dorp met lemen
vierkante en ronde huisjes met daken van lang gras. In de compound zijn
behalve 2 oude mannen alleen maar vrouwen en kinderen in alle leeftijden
aanwezig. De vrouwen halen hun borst uit
de jurk en stoppen die in de mond van
hun baby. Alle baby's hebben navelbreuken en lelijke plekken op hun benen en
ze zijn allemaal verkouden. Ik moet op
een krukje tussen de vrouwen inzitten en ze zitten allemaal om mij heen te
lachen. Er wordt een glaasje thee voor mij ingeschonken en er worden pinda’s gepeld en in mijn hand geduwd. Jammergenoeg kunnen we niet met elkaar praten,
omdat ik geen Afrikaans spreek of versta.
De hutjes staan vlak opelkaar en in het midden van het dorpje is een
boom waar iedereen onder zit, ook het schaap, het kalf en een grote geit. 2
Vrouwen zijn met grote stampers bezig boomblaadjes te stampen in een vijzel. Als
ik ben teruggekeerd naar de truck, komen de vrouwen ’s middags eten bij ons brengen.
In olie gekookte rijst met 1 sperzieboon en een soort sausje van uien en
pepers. Is best wel lekker en we zijn er niet ziek van geworden.
Ook wordt er ‘s middags nog een baby aan haar t-shirt uit
de armen van de moeder getrokken en mij in de handen geduwd. In Nederland
zouden wij nooit zomaar onze baby in de armen duwen van bijvoorbeeld een
Japanse toerist. Hier is het misschien wel een gebaar dat ze je accepteren en je
zelfs hun baby toevertrouwen. Als we ’s avonds onze accu’s willen laden, blijken er problemen te zijn met het aggregaat. Eigenlijk doet hij het vanaf Rabat al niet geweldig, maar nu doet hij het helemaal niet meer. De zekering in het aggregaat knapt steeds en hij geeft i.p.v. 220V, 320V of meer . ’s Avonds om half 10 is er ineens een hoop lawaai in het rietdorp en iedereen komt joelend achterelkaar aan rennend met een lampje in de hand het dorp uit. Wat dit nou voor ritueel is, weten we niet, maar het is wel lachen.
Naar Diema gereden om te zien of hier een campsite is met elektriciteit om
de accu’s op te laden. Er is wel een campsite maar geen electra. De campsite
wordt gerund door een Engelse vrouw,
Pam, die volledig in de war is. Ze is wel erg vriendelijk en regelt een “monteur” uit het dorp die misschien het
aggregaat voor ons kan repareren. De monteur begint overal aan te sleutelen en
alles te demonteren en maakt ons woongedeelte vreselijk smerig met zijn vette oliehanden.
Helaas kunnen ze in Diema het probleem met het aggregaat niet oplossen
en daarom bellen we Pier om advies. Volgens Pier kan de regulator van het
aggregaat wel eens stuk zijn. Hij stuurt nu per DHL een nieuwe op naar Bamako.
De campsite is onderdeel van een of ander hulpproject. De allerarmste kinderen uit het dorp krijgen
1 x per week eten en kinderen die 14 km. van een school afwonen, krijgen een
fiets. Verder zorgt de hulporganisatie ervoor dat scholen en belangrijke overheidsgebouwen
in het dorp een laptop krijgen. Het moeten wel laptops zijn, omdat er in het
dorp geen elektriciteit is. Hoe ze die laptops dan weer laden, is ons een
raadsel. We geven Pam zakken met kleren die ze kan uitdelen aan arme mensen. Op
de campsite de was gedaan met emmers water uit de aanwezige waterput, die vol zit
met bloemetjes en blaadjes. Een maand later horen wij dat op de route Nioro du Sahel naar Diema een Fransman ontvoerd is.
Omdat onze accu’s geladen moeten worden en we de
regulator bij een DHL vestiging moeten ophalen, rijden we richting Bamako.
Onderweg worden we aangehouden door een politieman die heel hard op zijn
fluitje blaast om ons te laten stoppen. Hij wil ons een boete geven omdat wij
geen veiligheidsriemen omhebben. Mike moet de autopapieren laten zien
en die worden vervolgens ingenomen door
de politie. We moeten eerst betalen en dan krijgen we de papieren terug. Mike
probeert ze uit de handen van de politie te rukken, maar die houdt ze stevig
vast en geeft ze snel aan een collega, die ermee in zijn auto gaat zitten. Mike
vertelt hem dat autogordels in Mali helemaal niet verplicht zijn en dat onze DAF
30 jaar oud is en daarom ook helemaal geen veiligheidsriemen heeft. De politie blijft weigeren de papieren terug
te geven. Als ik er vervolgens heen loop krijg ik de autopapieren zo weer
terug. Ze proberen gewoon hoe ver ze kunnen gaan en wij geven niet gemakkelijk toe
aan dit soort corrupte praktijken. Verder valt het in Mali reuze mee met de
controles onderweg. De wegen in Mali en ook in Mauritanië zijn soms erg slecht,
vol met diepe gaten, en dit is voor Mike erg vermoeiend rijden. Als er allemaal
gaten in de weg zitten en we er niet omheen kunnen, moeten we voor elk gat stoppen en er dan heel
voorzichtig doorheen rijden. We zien het niet zitten schade toe te brengen aan
de truck. De meeste Malinese vrachtwagenchauffeurs batsen gewoon door de diepe
gaten heen, maar ze staan dan even later met schade aan de wielophanging, assen
of lekke banden, langs de weg.
We zetten de DAF neer bij auberge the “Sleeping Camel” in Bamako. De coördinaten van the Sleeping Camel zijn: N 12.32.177, O 007.59.276. Bamako
(1,7 miljoen inwoners) is een drukke stad met veel luchtverontreiniging door
uitlaatgassen. De auberge ligt enigszins buiten het drukke stadsgebeuren, vlakbij
de rivier de Niger. Vanwege die rivier zijn er veel muggen en andere
steekbeesten bij de auberge. We worden zowel overdag als ’s avonds lekgeprikt. Het
is erg warm in Bamako en je houdt het niet lang vol een stuk in de zon te
lopen. Na een paar dagen komt het onderdeel voor het aggregaat binnen en kan
Mike het monteren. Het aggregaat lijkt nu goed te werken, maar we zien het nog
even een paar dagen aan.
Mike wikkelt prikkeldraad om de buitenspiegels van de DAF omdat veel grens- en politiebeambten zich aan onze spiegels ophijsen om in de truck te kijken.
Mike wikkelt prikkeldraad om de buitenspiegels van de DAF omdat veel grens- en politiebeambten zich aan onze spiegels ophijsen om in de truck te kijken.
Bij de Sleeping Camel ontmoeten we Wil en Gerard uit Winterswijk met hun MAN expeditietruck (www.knak.nl). We brengen een
aantal gezellige dagen met hun door. Zij gaan naar Ghana, laten hun camper daar
staan, en vliegen terug naar Nederland. Een maand later vliegen ze weer terug
naar Ghana om hun reis te vervolgen naar Namibië.
Op woensdag 31 oktober visa voor Guinee gehaald. Anique, een vrouw uit Cameroun, is met mij
meegegaan. Zij woont in Bamako en weet
precies waar de ambassade ligt en kan als tolk optreden. De visa zijn na 5
minuten wachten klaar. Wel duur, 76.500,-- CFA (125,-- euro) per stuk (3
maanden, multiple entry). Anique en ik
pikken Wil op bij de Sleeping Camel en gaan naar de Grande Marche en de Fetisj
Marche. De grote markt is weinig interessant, veel kleding, schoenen en
sieraden en het is eigenlijk veel te warm om over de markt te lopen. De Fetisj
markt is wel interessant. Gedroogde apenkoppen, gedroogde krokodilletjes, koppen
van roofdieren, pootjes en botten van allerlei dieren en gedroogde papegaaien.
Ook veel dierenvellen en schelpen. Ik
wil er graag een foto van maken, maar dan willen de marktkooplieden daarvoor in ruil een
stukje haar van mij hebben. Dit heb ik niet gedaan, want ik wil niet dat ze een
of andere voodoo spreuk over mij uitspreken,
als ze in het bezit zijn van een haarpluk van mij. De straten in het centrum staan blauw van de dieseldampen van auto’s en vooral
brommers. Het is bijna niet voor te stellen hoeveel brommers hier rondrijden. Er is geen voodoo spreuk over mij uitgesproken, maar de volgende dag heb ik wel buikkrampen en diarree. Hoort erbij zeggen ze hier, zal wel komen van vieze bankbiljetten of bacteriën op deurkrukken etc. Ik denk eerder dat het van het avondeten van de auberge komt.
Bamako
We hebben het de afgelopen weken in Mauritanië en Mali
erg warm gehad, gemiddeld 38 overdag en ’s nachts in de camper op zijn laagst
29 graden.
Wat zijn de voordelen van deze hitte? Nou je kan douchen en
afwassen met water uit de koude kraan, je zweet zoveel, dat je niet eens meer
naar zweet ruikt en de was is snel droog. En wat zijn de nadelen? Je zweet de
hele dag, je moet zeker 3 liter vocht per dag drinken, onze koelkast en vriezer
staan de hele dag te loeien en vreten veel stroom en groenten buiten de
koelkast bewaard, bederven heel snel. Ook
kan je niet in de zon zitten en wandelen en moet je steeds de schaduw opzoeken.
Tussen Sibi en Kouremale
Op 2 november rijden we via Sibi en Kouremale naar Guinee.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten