vrijdag 3 mei 2013

Mauretanie 2012

Reis naar Mauritanië, 13 oktober 2012 t/m 21 oktober 2012


 

Op zaterdag 13 oktober bij Guerguerat de grens Marokko-Mauritanië overgestoken. Dit keer duurt het “slechts” 5 en een half uur. De DAF moet door de scanner en wordt daarna ook nog helemaal doorgelicht door de politie. Alle kastjes en deurtjes moeten open, behalve de kastjes bij ons bed. Om daar bij te komen moeten ze op ons bed gaan liggen en het is voor moslims undone om  iemand anders z’n bed te betreden. Ik ben uren bezig met van het ene loketje naar het andere te lopen voor stempels en handtekeningen in papieren en paspoort. Daarna over het stukje niemandsland naar de Mauretaanse grens. Ook hier weer kantoortje in en uit en opnieuw wordt de truck helemaal doorzocht, dit keer op drank. Alcohol is nl. streng verboden in Mauritanië.
Na de controle wil de douanebeambte een cadeau van ons hebben. Nou daar hadden we dus geen zin in. We krijgen een laissez passer voor de DAF en quad voor 7 dagen (kost 10 euro), die we moeten verlengen in Nouakchott. In 2011 was de laissez passer nog 10 dagen geldig.
Op een gegeven moment ben ik weer in een kantoortje en Mike besluit Tosh uit te laten. Dat gaat helemaal mis, want Tosh gaat mij zoeken en loop alle kantoortjes in waar ik ben geweest en verdwijnt op een gegeven moment zelfs over de grens terug naar Marokko.
De douaniers en gendarmerie etc. worden nogal boos. Bij de grens euro’s omgewisseld voor ouguiyas en verzekering voor de truck afgesloten. Kost 18.000 ouguiya voor 10 dagen. Als we bijna klaar zijn met alle formaliteiten, wil de deur aan Mike’s kant niet meer dicht. Het slot is kapot gegaan. Het lukt ons niet het te repareren en we hebben de deur maar met een touwtje dichtgebonden.

De volgende dag laten we in Bou Lanouar het slot repareren. De reparatie duurt 3,5 uur en de “mecanicien” heeft veel beschadigd aan de truck, maar de deur sluit gelukkig weer.  Omdat een veer in het slot metaalmoe is kan het zo weer gebeuren dat de deur niet meer sluit, dus gaat Mike nu via mijn kant erin en eruit. Terwijl de mecanicien bezig is met het slot wordt achter de garagetent een geit geslacht. Op een gegeven moment hangt hij gevild, opgehesen met zijn kop aan een touw aan een paal. De poten worden tot op de helft afgesneden en het verdere verloop heb ik maar niet meer gezien. Als het slot gerepareerd en betaald is, worden we uitgenodigd om de geit mee op te eten. Dit hebben we vriendelijk afgeslagen (ik had nl. de geitestukken al zien liggen in een plastic bak met allemaal vliegen erop). We hebben de aardige mensen nog wat kinderkleren en een leesbril gegeven.  

Richting Nouakchott gereden. Overnacht in een heel mooi stuk woestijn met zandduinen. Het is ca. 40 graden en ’s avonds steekt er plotseling een zandstorm op. Op dat moment moeten alle ramen dicht en is het binnen niet meer uit te houden van de hitte. Tosh ligt alleen nog maar te hijgen en bij ons loopt het zweet met straaltjes van ons lijf.
 
 

Verder richting Nouakchott gereden. Op een gegeven moment komt er onverwacht een laagte van een oued in de weg. De DAF wordt gelanceerd en komt met 4 wielen van de grond en klapt weer terug op de weg.  Ik stuiter met mijn hoofd tegen het dak en Mike die het stuur stevig vasthoudt, komt  met zijn billen tegen het dak. Dingen die op het dashboard liggen, vliegen door de lucht. De truck wil na het gevlieg en gestuiter even niet meer schakelen. DAF snel aan de kant gezet om te zien of in de wooncabine alles nog op zijn plaats staat en of de kastjes niet zijn opgengegaan.  Slechts 1 kool en een waxinelichtje op de grond en gelukkig geen schade aan de truck.
 
We parkeren de truck 's middags bij de Atlantische Oceaan boven Nouakchott en koelen in zwembroek af in het zeewater. De krabben eten ’s avonds onze etensresten en schillen op. We besluiten de laisser passer niet te verlengen in Nouakchott en proberen voor de 20e oktober Mauritanië weer uit zijn.

In Nouakchott vindt een politieman dat we een soort tax moeten betalen voor de gemeenschap van Nouakchott. Alleen wij worden aan de kant van de weg gezet om dat te betalen. Wij weigeren, omdat wij heus wel willen betalen, maar niet als enigen. Hij wil perse de autopapieren hebben en op het moment dat wij hem die geven,  probeert hij ons hiermee te chanteren. Eerst betalen en dan krijgen jullie je papieren terug. Nou mooi niet. Ik trek de papieren uit zijn hand en zonder te betalen rijden we weg. Van Nouakchott richting Nema gereden, de "Route de l’espoir". Deze route die van het westen naar het oosten van Mauritanië loopt, heeft een totale lengte van 1100 kilometer. De route heet ook wel de "route van de kadavers"; ongelofelijk hoeveel aangereden dood vee er in de bermen ligt. Na Nouakchott wordt het landschap veel mooier en groener, met heuvels, rode zandduinen en acaciabomen. Het is wel een probleem om de truck van de weg af te rijden om te overnachten, omdat tussen het gras planten zitten met stekelbolletjes met prikhaken (cram-cram), waar niet doorheen te lopen valt.
 
 
 
 
Meer bij Aleg
 
 
Overnacht in Kiffa bij een auberge waar we drinkwater kunnen tanken.  Hier ontmoeten we een Zuid Afrikaan, Eugene, die op de motor op weg is van Engeland naar Zuid Afrika. Hij heeft problemen met zijn accu en ’s ochtends heeft hij eerst met de acculader van onze quad geprobeerd zijn accu op te laden. Omdat we wachten tot zijn accu vol is, vertrekken we pas laat die ochtend. Bij de auberge ervaart Mike dat slavernij in Mauritanië nog bestaat. Het personeel van de auberge, zwarte jongens uit Mali en Senegal, worden door de eigenaar van de auberge vernederd en als slaven behandeld. Voor rijke Mauretaniers is het nog steeds een statussymbool om zwarte  Afrikanen aan het werk te hebben.  

Vanaf Kiffa proberen we via een piste naar Kenieba in Mali te rijden. Begint goed maar op een gegeven moment wordt het een wirwar van zandweggetjes. Rijden we weer goed, komt er weer een splitsing waar je moet kiezen links of rechtsaf. Wij willen de weg vragen aan een geitenhoeder, maar zodra deze ons ziet loopt hij keihard weg met een lammetje onder zijn arm. Hij rent echt alsof zijn leven ervan af hangt. Het lijkt wel of hij doodsbang is voor blanke toeristen! Omdat we in tijdnood komen (we moeten de 20e het land uit zijn) rijden we terug naar Kiffa. We zijn bang dat we via de piste er wel 4 dagen over gaan doen om Mali binnen te komen. De gendarmerie in Kiffa vertelt ons dat we nooit die route hadden mogen nemen, omdat iedereen die de weg daar niet kent, verdwaalt. Als we weer in Kiffa aankomen, zien we Eugene met zijn motor langs de weg bij de post van de gendarmerie staan. Hij stond hier al de hele dag met startproblemen. Een monteur uit Kiffa die jarenlang voor een motorteam van de rally Parijs Dakar heeft gewerkt, lost ’s avonds in het donker de startproblemen op. Uit solidariteit met Eugene blijven we die nacht bij hem langs de weg staan.
 
De volgende dag staan we vroeg op om de grens met Mali te bereiken. Wij zijn nu gedwongen de gevaarlijke route naar Mali te nemen, omdat we door een gebied moeten rijden waar de Mauretaanse opstandelingen zeer actief zijn. Na een stukje rijden blijkt een geschaarde vrachtwagen de weg te blokkeren en kunnen we niet verder. We staan tussen Mauretaanse vrachtwagens en de chauffeurs liggen ontspannen in de schaduw te wachten en thee te drinken tot ze weer kunnen rijden. Onder veel vrachtwagens hangt een leren zak gevuld met drinkwater. Door het rijden en de wind, blijft het water lekker koel. Pas na 2,5 uur wachten is de weg weer vrij. De weg tussen Kiffa en Aioun el Atrouss is vreselijk slecht, wasbord en gatenkaas.  We doen de hele dag over 160 km. en halen de grens met Mali niet op de 20e. Het aantal controles door gendarmerie, politie en leger is erg hoog vandaag. Voor en na elk dorp waar we doorheen rijden, zijn zeker 5 controles. Door controleposten wordt telefonisch doorgegeven aan de volgende controlepost dat wij onderweg zijn en vervolgens wordt geinformeerd of we de post al bereikt hebben. Op de route komen we geen enkele toerist tegen. Overnacht ten zuiden van Aioun el Atrouss, in gevaarlijk gebied.
Op 21 oktober rijden we bij Gogui de grens met Mali over.
 
Mauritanië is een land van extremen. Erg droog. Erg heet. Erg arm. Op Nouakchott en Nouadhibou na is het land zeer dun bevolkt. Op het platteland wonen de mensen in tenten, waarvan ze de zijkanten omhoog kunnen klappen zodat de wind er doorheen kan waaien. In het midden van de tent staat een soort groot bed/bank waar de hele familie de hele dag op ligt/zit. Ze hebben wat geiten en schapen en soms koeien. Landbouw is vanwege de droogte vrijwel onmogelijk. Onderweg in de dorpjes waar we doorheen rijden, zijn marktkraampjes met alleen een paar tomaten of uien en wat pinda’s en een “slager” heeft een halve dode geit die uitgespreid hangt te drogen in de zon. Mauretaniers zijn enigszins afstandelijk, maar wel vriendelijke en behulpzame mensen. Het is bijzonder dat de mensen hier met zo weinig kunnen leven.
 

Geen opmerkingen: